maandag 31 oktober 2011

brievenbus

Of ik een illustratie wilde maken van Rembrandt, samen met Jan Six, lopend op een bruggetje. Uiteraard, juichte ik, lijkt me geweldig om te doen. Vorig jaar heb ik Rembrandts portret van Jan Six nog in het Rijksmuseum bekeken. Het is niet vaak te zien omdat het normaliter bij de familie Six aan de muur hangt. 


Ik stelde me zoiets voor als het negentiende-eeuws schilderij van Bisschop. Rembrandt moest in die dagen als grote Nederlander neergezet worden, tenslotte hadden we Breughel en Rubens aan de Belgen verloren.


Toen de opdracht binnen kwam werd mijn enthousiasme minder: het formaat van de illustratie had een brievenbus model, en er moest zoveel informatie erop dat ik niet meer aan Bisschop moest denken maar aan de zoekboekjes van Anno: waar zijn Rembrandt en Jan Six?

zondag 30 oktober 2011

columbus

Waarom zou iemand een afbeelding van Columbus maken? In mijn geval weet ik dat wel: een uitgeverij vroeg me een illustratie te maken voor een schoolboek. Het schilderij van Carl Piloty (1826-1886) dat in München hangt is voor mij minder makkelijk te begrijpen. Het is bijna drie en een halve meter hoog. Ik hou van grote schilderijen, maar bij dit ding vroeg ik toch wel af: waarom zou iemand zo'n grote afbeelding van Columbus maken?

zaterdag 29 oktober 2011

een gluurder

De juf kunstgeschiedenis vertelde ons dat Hopper zo bijzonder was omdat hij de eenzaamheid van de stadsbewoners wist te verbeelden. Dat lijkt mij onzin. De schilder toont mensen die bekeken worden zonder dat ze het in de gaten hebben.

Mensen in de trein of in een restaurant bekijken is misschien nog niet zo opvallend...
 Maar Hopper begluurde ook mensen die binnen bezig waren, vanuit een plek aan de overkant...
De mensen die hij betrapt doen niets bijzonders, ze lezen de krant...
En wat deze mevrouw doet kan ik niet precies zien, misschien is ze kleding aan het verstellen.

Niet de eenzaamheid van deze mensen is het onderwerp, maar de eenzaamheid van de gluurder zelf. Ik stel me Hopper de voyeur voor, 's nachts lopend over straat, spiedend naar mensen die hij kan betrappen. Misschien had mijn juf weinig oog voor het voyeurisme van Hopper omdat ze zelf geen voyeuristische neigingen had.
Voor Pulpman is dat geen probleem, die begrijpt Hopper als de beste.

vrijdag 28 oktober 2011

de ware leeftijd

illustraties van Anky Spoelstra
Mijn voorliefdes  voor cowboystrips, negentiende-eeuwse schilderijen van Cleopatra en pulpillustraties komen allemaal vrij puberaal op me over. Zolang ik niet in de spiegel kijk lijkt het of ik niet ouder geworden ben dan een jaar of 16.  Ik heb veel illustraties voor kinderen gemaakt, maar nog liever werk ik voor pubers van mijn eigen leeftijd.
Anderen zijn meer geschikt om te tekenen voor de allerkleinsten, zoals illustratrice Anky Spoelstra. Ik schat haar leeftijd op een jaar of 6. Ik heb haar eens gevraagd of ze iets voor Pulpman wilde maken, maar toen heeft ze me hartelijk uitgelachen. Waarschijnlijk was dat terecht, ze weet wat ze wel en wat ze niet wil doen. Ik ben dan 10 jaar ouder, zij is een stuk verstandiger.

www.ankyspoelstra.nl

donderdag 27 oktober 2011

Harvey Dunn

Dunn 1916
Op de stripbeurs in Breda heb ik geen strips gekocht, maar wel een boek over de Amerikaanse illustrator en schilder Harvey Dunn (1884-1952). Vooral de sfeer en atmosfeer die hij schilderde vind ik heel bijzonder, bijvoorbeeld in de illustraties bij een verhaal in 'the metropolitan magazine', 1916-1917.
Ik wilde ook zoiets maken, en liet de schetsjes aan mijn vrouw zien. "Waarom is hij aangekleed en is zij bloot?"
"Och, dat leek me wel leuk, zo."
"Ja maar waarom zitten ze zo, ik wil dat weten als kijker."
"Weet ik veel, verzin zelfs maar iets."
"Hebben ze ruzie of zo?"
"Wil je dat ik haar een jurk aantrek"
"Nee, ik wil dat je zegt waarom zij bloot is."
Ik begon langzamerhand te schreeuwen: "Ik weet het ook niet, dat leek me een goed idee! Lijkt het je de moeite waard, dat ik het ga schilderen?"
Ze had in de gaten dat ik hysterisch werd, tijd om aan het gesprek een einde aan te maken: "Ik ben benieuwd."

woensdag 26 oktober 2011

hiërarchie

In de hiërarchie van de kunst staat illustreren onder het schilderen. Maar het kan nog lager. Toen een vriendin collega hoorde dat ik strips maakte voor de Tina riep ze uit: "Wat zonde, hij kan zo mooi illustreren."
En ook binnen de strips is er sprake van rangorde: graphic novel staat bovenaan, genrestrips staan onderaan.
Ik vroeg een keer een collega striptekenaar of hij misschien iets voor Pulpman wilde maken. Hij trok zijn neus op, dáár hield hij zich niet mee bezig. Pulp is het laagste in de rangorde. Helaas vind ik dat het leukste, ik wil ook best status en aanzien, maar de pulp is nou eenmaal mijn speeltuin.

dinsdag 25 oktober 2011

famous artists

Hopper 
Ongeveer in 1980 hing Edward Hopper in het Stedelijk museum. Ik vond het inspirerend werk, de leegte bij Hopper heb ik later gebruikt in mijn omslagen voor de boeken van Maeve Binchy.
Henk Huig, de leraar schilderen, vond het werk van Hopper helemaal niks:" Hij schildert als een illustrator." Dat was ook helemaal niet vreemd, Hopper heeft jaren voor pulpbladen geillustreerd, maar zo  bedoelde Huig het niet. Iemand een illustrator noemen was de vreselijkste belediging die een schilder een collega kon geven.
illustratie van Hopper
Ook een mooie belediging van Huig was het om iemands werk te linken met de Famous Artists school, een cursus tekenen en schilderen die gebruikt maakte van voorbeelden gemaakt door illustratoren als Al Dorne en Robert Fawcett.
Dorne
Fawcett
Huig
Laatst zag ik een afbeelding van een schilderij van Huig uit 1999. Ik prefereer Hopper en mijn helden uit de Famous Artist School.

maandag 24 oktober 2011

academisch

Bouguereau (1825-1905)
Gisteren had ik het in een blog over het academische kunstonderwijs. Dat was misschien rigide, maar had ook goede kanten: je leerde er wel van schilderen. Een van de onderdelen van het klassieke onderwijs was het naschilderen van het werk van grote meesters. Zelf ben ik begonnen aan het naschilderen van een Bouguereau. Kolere, wat saai werk. Na een middag had ik er al genoeg van. Dat het goed zou worden wist ik ook wel, en volgens mij leerde ik er niets van. Waarschijnlijk ben ik te druistig voor het academische systeem, of te modern.

zondag 23 oktober 2011

de docent

beelden door Allebé (1838-1927)
Joost Zwagerman vertelde in 'De wereld draait door' over schilder Allebé, de docent aan de Rijksacademie die niet wilde dat zijn studenten als van Gogh schilderden. Zwagerman vroeg wie Allebé nou eigenlijk kende, afgezet tegen de bekendheid van van Gogh.
De vraag had moeten zijn: wie van de navolgers van van Gogh is beroemd geworden? Geen enkele, ben ik bang. Allebé doceerde tekenen en schilderen volgens het academische systeem: vorm en toon studie, eerst naar aanleiding van beelden en later naar levende modellen.
Die methode is verlaten, zelfs op afdelingen illustratie wordt niet meer model getekend. Er zijn nog genoeg jonge illustratoren die geweldig kunnen tekenen, maar dat hebben ze niet op de academie geleerd. Het kind is met het badwater weggegooid, en honderd jaar na dato wordt Allebé door Zwagerman nog steeds niet begrepen.

zaterdag 22 oktober 2011

strip genres

Het is mijn lol om allerlei verschillende stripgenres in het verhaal 'studiehuis' te gebruiken, en dan mag natuurlijk de western niet ontbreken. Een van de leukste western films is voor mij toch wel 'Once upon a time', met muziek van Ennio Morricone.
Mijn zus had daar de LP van, en volgens mij heeft ze die een paar jaar achtereen gedraaid. Op de hoes stond als ik het me goed herinner een jongen bij een ruïne, met zijn vastgebonden broer op zijn schouders en een mondharmonica in zijn mond.
Zo'n soort scene moest natuurlijk in mijn pulpman western voorkomen. Maar dan met Frans als cowboy.
Ook wilde ik een dierenscene in de strip. Maar dan met Suzanne als kip.

vrijdag 21 oktober 2011

een nieuwe heldin

Batman en Catwoman door Jordi Bernet
De oorspronkelijke pulpbladen verschenen in diverse genres, er waren detective, western, science fiction, sport en vele andere soorten pulpbladen. Veel helden zijn in de pulps begonnen, bijvoorbeeld Zorro, Tarzan, Conan en The Shadow.
Het verkennen van de clichés van de verschillende genres is een van mijn redenen om Pulpman te maken, ik vroeg me af hoe ik met die clichés om zou gaan. Daarom heb ik Pulpman getekend in de rol van ontdekkingsreiziger, soldaat, piraten kapitein of privé detective.
Ook overlappingen van de diverse genres mogen niet ontbreken zoals superheld batman in de pornostrip 'Studiehuis'. Vandaag is er een nieuwe heldin in 'Studiehuis' bijgekomen: catwoman.

donderdag 20 oktober 2011

lappen

Iemand vroeg mij waarom ik een groot schilderij met mannetjes omhuld door lappen wilde schilderen. In die tijd had ik grote twijfels over mijn schilderkunst en ik voelde me door die twijfels vastgebonden. Ik heb dat gevoel verbeeld door mannetjes te schilderen die ingepakt waren in lappen.
Dit grote doek had een poging moeten worden om van dat gevoel af te komen: de voorste figuur is bezig de lap af te wikkelen.
Eigenlijk is deze verklaring van het soort gelul waar ik zelf altijd zo sceptisch over ben. Misschien ook wel een van de redenen waarom het schilderij nooit gemaakt is.

woensdag 19 oktober 2011

onderdelen

Géricault maakt ontelbare schetsen voor zijn schilderij 'Het schip van Medusa'. Hij ging ver om het gewenste realisme te bereiken: via een bevriende arts leende hij onderdelen van lijken om de kleurveranderingen tijdens het rotten te kunnen bestuderen. Hij schilderde de lichaamsdelen in verschillende stadia van ontbinding. Zijn buren waren waarschijnlijk geen kunstliefhebbers, ze klaagden over de stank.
Ik heb voor mijn grote schilderij één mannetje wat groter geschetst, maar verder is het project niet gekomen. Nog niet.

dinsdag 18 oktober 2011

knots

In het Louvre hangt 'het schip van Medusa' uit 1819 door Gericault (1791-1824) een kolossaal werk van 491 x 716 cm. Toen ik dat gezien had wist ik het: ik ga ook een groot schilderij maken. Niet zo'n knots, dat past niet in mijn atelier, maar 3 x 4 meter leek me wel wat.


Het schilderij van Gericault was geschilderd naar aanleiding van een drama dat in 1816 plaatsvond: het fregat Medusa strandde. Het lukte niet de boot los te trekken, er was niet genoeg ruimte voor iedereen in de reddingsboten en er werd besloten een vlot te bouwen dat door reddingsboten voortgetrokken zou worden. De lijnen met de boten braken echter al snel en het vlot dobberde dagen lang stuurloos rond.
Na 15 dagen zagen de overlevenden een schip aan de horizon, maar het lukte hen niet om de aandacht te trekken, het moment dat door Gericault is gekozen. Weer 12 dagen later werden 15 overlevenden door een schip opgepikt. Op het vlot hadden zich de vreselijkste zaken afgespeeld: slachtpartijen en kanibalisme.


Mijn grote werk is er nooit gekomen, wel heb ik schetsen gemaakt. Afgezien van het vele werk zag ik ook op tegen het einderesultaat: wat moet je met zo'n enorm ding?

maandag 17 oktober 2011

fast food

Gisteren aten we shoarma, en het was heerlijk.
Iemand vroeg me eens waarom ik met zo'n enorme snelheid strips maak, een tempo waardoor er soms slordigheden in mijn werk sluipen. Maar ik prefereer strips als ze op een fast food maaltijd lijken: zout en vet, lekker en veel. Wekenlang peuteren op de details doe ik wel op mijn schilderijen, de uitgebreidere maaltijden in mijn oeuvre.
Voor vandaag heb ik een pizza gekocht. Een supreme, ik wil natuurlijk wel genieten.

zondag 16 oktober 2011

aftakeling

Bernard Prince
une nuit de pleine lune
In Parijs heb ik de nieuwste strip van mijn grote held Hermann gekocht, 'une nuit de pleine lune'. Binnenkort komt hij ook in het Nederlands uit, in kleur, maar de versie die ik heb gekocht is zwart wit.
Geweldig om weer eens een strip van Hermann in zwart wit te zien, de afgelopen jaren maakte hij zijn pagina's direct in kleur. Hoezeer ik ook van dit nieuwe boek heb genoten, het tekenwerk kan niet tippen aan het werk uit de jaren 70, de verhalen van Bernard Prince blijven voor mij favoriet. Hermann is bijna 80, zijn tekenwerk is misschien op zijn retour.
Vandaag heb ik aan de nieuwe Pulpman gewerkt, dat wordt alweer nummer 13. Een half jaar geleden was ik met het tekenen van pagina 90 van het vervolgverhaal 'De schuilplaats' begonnen, plaatje 3 was klaar. Al tekenend kwam ik erachter dat mijn aanpak niet meer precies hetzelfde was, blijkbaar was mijn manier van tekenen dit half jaar veranderd.
Plaatje 3 heb ik wat bijgewerkt om het bij de rest te laten aansluiten. Gelukkig vind ik de nieuwere plaatjes beter dan de oude. Ik zie nu al op tegen het moment dat ik moet toegeven dat ik slechter wordt.